De interesse in elektrisch rijden neemt af. Diverse factoren maken Nederlanders terughoudender met de overstap op elektrisch rijden. Denk hierbij aan de relatieve hoge aanschafprijs van elektrische voertuigen (EV’s), maar ook aan zorgen over het bereik van de voertuigen.
Dit blijkt uit onderzoek van de ANWB. De resultaten zijn slecht nieuws voor de overheid. EV’s dragen dankzij het ontbreken van CO2-uitstoot bij aan het terugdringen van de milieubelasting, en het behalen van de CO2-doelstellingen die Nederland heeft vastgelegd.
Het is voor het eerst in jaren dat de groep Nederlanders die niet van plan is elektrisch te gaan rijden (28%) groter is dan de groep die dit wel binnen vijf jaar van plan is (27%). Diverse oorzaken komen in het onderzoek naar voren:
Zo vindt maar liefst zeven op de tien Nederlanders (71%) het gemiddelde aankoopbedrag van een EV met 45.850 euro te hoog. Kopers willen gemiddeld 31.699 euro aan een voertuig uitgeven, wat neerkomt op een gat van bijna 14.000 euro. Wel wijst de ANWB erop dat er steeds meer nieuwe EV’s met een prijs onder de 50.000 euro beschikbaar zijn; waar het in 2022 nog op 38 modellen ging zijn dat er inmiddels 57.
Dat geldt ook voor tweedehands EV’s, die veel Nederlanders eveneens te duur vinden. Dit vertaalt zich in een lagere vraag naar tweedehands EV, een lagere restwaarde en daarmee hogere afschrijving.
Deze hogere afschrijven is één van de redenen dat elektrisch rijden het afgelopen jaar duurder is geworden. Waar een EV in 2022 nog gemiddeld 61 eurocent per kilometer kostten is dat inmiddels gestegen tot 72 eurocent per kilometer. Ook de gebruikskosten vormen voor veel Nederlanders dan ook een belemmering voor de overstap op EV’s.
Ook het ontbreken van een mogelijkheid om via een eigen laadpaal te laden draagt hieraan bij. Dit is van directe invloed op de gebruikskosten, aangezien laden op straat over het algemeen duurder is dan laden via een eigen laadpaal.
Hoewel de interesse in elektrisch rijden in Nederland is gedaald, is Nederland nog altijd één van de koplopers. 4,9% van het Nederlandse wagenpark is inmiddels elektrisch. Alleen in Noorwegen (23%), Zweden (6%), IJsland (9%) en Denemarken (5,8%) is de omarming groter.
Uit het onderzoek blijkt ook dat het bereik van EV’s gestaag groeit. Waar het gemiddelde bereik in 2017 nog op 172 kilometer lag, is dat inmiddels 395 kilometer. Dat is ruim 50 kilometer meer dan vorig jaar, toen het gemiddelde op 343 kilometer uitkwam.
De geboden actieradius ligt hierbij steeds dichter bij de behoefte van veel Nederlanders. Zo mikt 27% op een actieradius van 400 tot 500 kilometer, terwijl 12% voldoende zegt te hebben aan 300 tot 400 kilometer. 22% kent behoefte aan 500 tot 600 kilometer bereik, terwijl 21% meer dan 600 kilometer wil kunnen afleggen op een acculading.
Marga de Jager, CEO ANWB: “We zien dat de prijs en de onzekerheid daarover het grootste struikelblok is voor een verdere opmars van de elektrische auto. Zo krijgen wij veel vragen over de Motorrijtuigenbelasting (MRB) voor elektrische auto’s. Op dit moment zijn elektrische auto’s vrijgesteld van belasting, maar met de huidige regeling vanaf 2026 niet meer. En omdat elektrische auto’s zwaar zijn door hun accupakket, kan de MRB een flinke kostenpost worden voor EV-eigenaren. Ik vind het positief dat het kabinet nu wel een nieuw plan heeft voor korting op de MRB tot 2031, dat past bij het idee voor een gewichtscorrectie voor elektrische auto’s, zodat de MRB uiteindelijk vergelijkbaar is met die van een benzineauto.”
Auteur: Wouter Hoeffnagel
Beeld: Gerd Altmann via Pixabay