Nederlandse technologie speelt belangrijke rol bij bescherming Marsmonsters

De marsrover Perseverance (Foto: NASA/JPL-Caltech)
Evi Husson
Evi Husson
19 maart 2021
3 min

Op 18 februari landde de Perseverance Rover veilig op Mars. Een kleine maand later – op 15 maart – verzamelde het robotwagentje voor het eerst monsters van het planeetoppervlak. Nederlandse technologie levert een belangrijke bijdrage aan de bescherming van deze monsters.

Net als bij vorige missies verricht de robot ter plekke metingen uit op Marsmonsters. Dit gebeurt met verschillende instrumenten. Nieuw is dat de robotwagen ook monsters verzamelt die uiteindelijk op nauw omschreven locaties op het marsoppervlak worden bewaard. Bij een volgende missie kunnen de monsters dan terug naar de aarde worden meegenomen. Eenmaal op aarde zullen wetenschappers ze met veel betere instrumenten nauwkeuriger onderzoeken. Bijvoorbeeld om de chemische samenstelling van de monsters te achterhalen.

Voorzorgsmaatregelen

NASA heeft de nodige voorzorgsmaatregelen genomen om de monsters optimaal te beschermen. Naast controles op de monsterbuizen zelf, nam het maatregelen voor de afgesloten ruimte waarin de monsterbuizen worden vervoerd. Dit om vreemde stofjes – die kunnen bijvoorbeeld tijdens de missie zijn vrijgekomen uit materialen van de Marsrover – geen kans te geven.

Thermisch stabiele dunne platen

Engineers van het Jet Propulsion Laboratory hebben gebruik gemaakt van dunne platen die zijn gemaakt van het thermisch zeer stabiele Tenax. Dit is een op 2,6-difenylfenol gebaseerde polymeer. Het heeft de bijzondere eigenschap dat het heel goed vluchtige organische verbindingen in lucht en vloeistoffen kan adsorberen.

Apeldoorn

Voor de levering van deze Tenax-platen deed NASA beroep op het in Apeldoorn gevestigde chemiebedrijf Buchem. Dit zou het enige bedrijf ter wereld zijn dat dit materiaal produceert. Buchem leverde dergelijk material al voor eerdere missies. NASA gebruikt al sinds de jaren zeventig dit materiaal voor zijn ruimtemissies. Deze nieuwe opdracht was echter wel een bijzondere.

Bolletjes versus platen

Jan Peter Willemsen, Senior Scientist bij Buchem, legt uit waarom: “Bij eerdere opdrachten ging het om de bolletjes Tenax. Deze maken we voor klanten over de hele wereld. Het wordt gebruikt als kolommateriaal om vluchtige stoffen uit lucht of vloeistoffen te adsorberen. In het Marsproject ging het echter om dunne platen van ongeveer tien bij twintig centimeter. We moesten er daarbij voor zorgen dat we over het gehele oppervlak dezelfde strenge specificaties qua dichtheid en adsorptie van gassen konden garanderen.”

Niche in een niche

“Vanuit onze ervaring met de fabricage van disc-filters, die een doorsnede hebben van 47 mm, konden we al dergelijke vlakke structuren maken. Maar die zijn een flink stuk kleiner, zodat je gemakkelijker delen met een constante kwaliteit kan selecteren. Door verdere verfijning van het verder geheime fabricageproces zijn we er in geslaagd om ook voor die grote oppervlaktes aan de gewenste specificaties te voldoen. Heel bijzonder, zo’n niche-toepassing in een markt die je toch ook wel als nichemarkt kan bestempelen!”

Afwachten

De platen zijn al in 2017 aan het Jet Propulsion Laboratory geleverd. “Daar zullen ongetwijfeld nog allerlei testen op het materiaal zijn uitgevoerd. Daar ben je als producent verder niet bij betrokken. Sterker, afgezien van de specificaties, wisten wij niets over de beoogde toepassing. Pas na de landing op Mars wisten we waarvoor de Tenax-platen daadwerkelijk zijn gebruikt. Het is dan ook heel bijzonder om op de foto’s van de Mars 2020-missie deze platen te zien zitten”, vertelt Sales & Innovation manager Mathias Guggisberg enthousiast. “Echte twijfels over de ervaringen van NASA met deze vorm van ons product hadden we overigens niet. We zijn inmiddels alweer in gesprek voor een nieuw project!”

Credit foto: NASA/JPL-Caltech

Evi Husson

Evi Husson is sinds 2013 eigenaar van Husson Text Productions. Ze heeft een grote interesse in duurzame en technologische ontwikkelingen. Met een dosis nieuwsgierigheid en door de juiste vragen te stellen, haalt ze in gesprekken de kern van de boodschap naar boven en zet deze om in leesbare, toegankelijke verhalen die de doelgroep raken.