Microsoft scande honderden oren voor ontwikkeling eerste draadloze oordopjes

Microsoft komt met een antwoord op de AirPods van Apple en de Galaxy Buds van Samsung: de Surface Earbuds. De draadloze oordoppen kunnen bediend worden met een trackpad en werken met Microsoft Office. Ze kwamen tot stand na het scannen van honderden verschillende oren.

Honderden verschillende oren scande Microsoft om tot het beste ergonomische ontwerp te komen voor de Surface Earbuds. het techbedrijf stelt dat je de oordoppen de hele dag in je oren kunt doen, omdat ze op twee plekken in je oren vastzitten. “We wilden het gevoel geven dat je de doppen de hele dag kunt dragen, omdat je niet merkt dat ze er zitten”, zegt Kait Schoeck, hoofddesigner van de Earbuds, in een video over de oordoppen. Het ontwerpteam van Microsoft heeft er drie jaar over gedaan om het ontwerp af te ronden. Het resulteerde in oordoppen die voorzien zijn van Cortana, de virtuele assistent van Microsoft en aanrakingssensoren die vergelijkbaar zijn met het trackpad op een laptop. De Surface Earbuds kunnen real-time meer dan zestig talen vertalen. 

“Het idee dat je met de oordoppen in productiever kon zijn, was voor ons een belangrijke voorwaarde in het ontwerpproces”, zegt Panos Pana, chief product officer, tegen ‘NowThis Futre’. “Aan de andere kant wilden we ook een goede pasvorm, een die zo comfortabel is dat als je gaat fietsen of rennen, je nog steeds amper zou merken dat je oordoppen in hebt.” Schoeck: “De oordoppen moesten zich echt ‘versmelten’ met de persoon die ze draagt. In ons onderzoek vonden we bepaalde ‘contactpunten’ in het oor, waardoor we niet één maar meerdere contactpunten konden maken. Daardoor merk je nauwelijks dat ze er zitten. We leerden ook al snel over het zwaartepunt en een pasvorm die stabiel genoeg moet zijn om met de oordoppen te kunnen communiceren. Als je een willekeurige geometrische vorm pakt, past dit nooit in elk oor op dezelfde manier. Door te kiezen voor een circulaire vorm, konden we een earbud creeëren die bij iedereen past.”

Scans en modellen

De Surface Earbuds komen met drie paar verwisselbare siliconen opzetstukjes. Daarmee kunnen volgens het team 95 procent van de bevolking de oordoppen goed dragen. ‘We hebben honderden scans gedaan en duizenden oren opgemeten en zo de meest comfortabele pasvorm bepaald.” Microsoft gebruikte scans van de hoofden en lichamen van personen maar ook siliconen en waarheidsgetrouwe oormodellen om erachter te komen hoe de interactie tussen de oordoppen en het oor is. “Eén van de eigenschappen waar we naar hebben gekeken is de concha, de grote opening in het oor. Een ander kenmerk is de tragus, het stukje kraakbeen aan de voorkant van het oor. Tot slot hebben we gekeken naar de gehoorgang,” Er werden verschillende prototypes gemaakt voordat het bedrijf uitkwam bij het definitieve product. “De eerste fase is af, maar we denken alweer constant na over mogelijke verbeteringen. 

De batterijen van de Earbuds gaan 24 uur mee en worden geleverd met een batterijhoes die de oordoppen op kan laden. De Surface Earbuds kosten 249 euro en zijn nu al in de VS beschikbaar. Wanneer ze in Nederland te koop zullen zijn, is nog onbekend.

Bron: NowThis Future/Bright.nl

Volkswagen wil elektrische platform PPE toch delen

Volkswagen Group is in gesprek met andere autofabrikanten over het delen van zijn technologie die de basis vormt voor toekomstige elektrische automodellen van de merken Porsche en Audi. Ulrich Widmann, hoofd development bij Audi, stelt dat andere partijen interesse hebben in de technologie.

“We voeren gesprekken. Het delen van technologie creëert schaalvoordelen die nodig zijn om voor een kanteling in elektrische voertuigen te zorgen, zowel economische als ecologisch”, zei Widmann tijdens een persbriefing in het Duitse München, meldt persbureau Bloomberg.

PPE-platform

Met welke fabrikanten Volkswagen gesprekken voert is niet bekend; Widmann wil geen partijen bij naam noemen. De gesprekken draaien om Premium Platform Electric (PPE), dat wordt ontwikkeld door Porsche en Audi. Het PPE-platform vormt de basis voor elektrische modellen die de merken vanaf 2021 op de markt brengen.

Michael Dean, analist bij Bloomberg Intelligence, stelt dat vooral kleine autofabrikanten interesse zullen hebben in de technologie. “Gezien de enorme research en development investering die nodig is om voor de transitie naar accu-gebaseerde elektrische voertuigen, kunnen kleine luxemerken zoals Aston Martin, McLaren en Maserati geïnteresseerd zijn”, aldus Dean. “Je kunt echter ook BMW en Mercedes niet uitsluiten, die beide een Duitse premium oplossing willen leveren.”

Modulair Electric Drive Toolkit

Volkswagen zet al langer op grote schaal in op het elektrificeren van zijn automodellen. Zo kondigde het bedrijf in maart aan de komende tien jaar zo’n 70 nieuwe elektrische voertuigen op de markt te willen brengen. De modellen worden gebaseerd op het Modulair Electric Drive Toolkit (MEB), een architectuur die een uniforme basis vormt voor elektrische voertuigen van Volkswagen. Eerder toonde Volkswagen onder meer de elektrische bestelbus ID.BUZZ, de elektrische cross-over ID.CROZZ en de elektrische sedan ID.VIZZION. Het bedrijf kondigde toen al aan het MEB-platform te willen delen met partners.

De gesprekken die Volkswagen nu voert hebben betrekking op het PPE-platform. Dit platform is gericht op sportieve elektrische voertuigen, die onder meer onder de merknamen Audi en Porsche op de markt zullen worden gezet. Opvallend is dat Volkswagen Group in maart tijdens zijn jaarlijkse algemene aandeelhoudersvergadering nog aangaf het PPE-platform exclusief beschikbaar te stellen voor modellen binnen het eigen concern. Nu blijkt het bedrijf dus toch bereid het platform te delen. 

Concept car

Tijdens de persbriefing werd ook een nieuwe concept car van Audi gepresenteerd. Details over het voertuig zijn niet bekend, maar vermoedelijk moet het model de concurrentie aangaan met Tesla’s Model 3. Het voertuig kan vanaf 2021 op de markt verschijnen, meldt Volkswagen Group, aldus ontwerper Marc Lichte.

Auteur: Wouter Hoeffnagel

Automotive-industrie onder druk door veranderende marktomstandigheden

Veranderende marktomstandigheden zet te auto-industrie wereldwijd onder druk. Zo lopen betalingsrisico's op, terwijl ook het aantal faillissementen naar verwachting de komende jaren blijft stijgen.

Dit blijkt uit de Markt Monitor van Atradius voor de auto-industrie. In deze Markt Monitor brengt het bedrijf de prestaties van vooruitzichten voor de wereldwijde automotive sector in beeld. Uit het marktonderzoek blijkt onder meer dat de betalingsrisico’s in de Duitse auto-industrie sinds de financiële crisis nog niet eerder zo hoog zijn geweest. Het risico op wanbetaling door klanten is in 2019 meer dan verdubbeld ten opzichte van twee jaar eerder. 

‘Vette jaren’ in Duitsland zijn voorbij

Duitsland heeft een aantal ‘vette jaren’ achter de rug meldt Atradius, die gekenmerkt werden door weinig faillissementen en betalingsachterstanden. Deze jaren zijn nu voorbij; in 2018 nam de autoproductie met 9,3 procent af en ook in 2019 zet deze daling zich volgens Atradius door. Verschillende grote uitdagingen treffen de Duitse auto-industrie extra waar, waaronder dalende verkopen in China, dreigende Amerikaanse importheffingen en de opkomst van zowel e-mobiliteit als deelauto’s. 

Grotere leveranciers lijken volgens Atradius op het eerste gezicht goed in staat zich aan te passen aan de veranderen marktomstandigheden. De partijen zien hun omzet en rentabiliteit teruglopen, maar zijn op de wereldmarkt nog altijd een ‘speler van betekenis’. De bedrijven hebben dankzij goede opbrengsten in het verleden financiële buffers kunnen opbouwen, die hen nu in staat stellen te investeren in onderzoek en ontwikkeling. Atradius noemt deze investeringen nodig om de concurrentie voor te blijven op het gebied van nieuwe trends en technologieën, zoals elektromotoren, connected driving en autonome voertuigen. 

Vooral kleinere leveranciers op de Duitse markt kunnen te maken krijgen met hogere kredietrisico’s. Het aantal betalingsachterstanden onder deze bedrijven is sinds eind 2018 gestegen en deze trend zet naar verwachting door. Atradius verwacht dat het aantal faillissementen in de komende 12 maanden met 2 procent stijgt.

China blijft grootste afzetmarkt

Met 23 miljoen verkochte auto’s per jaar is China veruit de grootste automarkt ter wereld. Naar verwachting blijft de Chinese markt ook op de lange termijn groeien. Atradius wijst echter ook op sterk teruglopende verkoopcijfers en verslechterende kredietrisico’s in een aantal segmenten. De vooruitzichten voor de sector zijn daarom naar beneden bijgesteld.

Het Chinees-Amerikaanse handelsconflict heeft vooralsnog weinig directe gevolgen; de import en export van auto’s waren in 2018 goed voor respectievelijk 4,1 en 4,6 procent van de omzet. Indirect zijn de gevolgen van het handelsconflict echter wel voelbaar. Zo zorgt het conflict voor lagere economische groei en toenemende onzekerheid onder bedrijven en consumenten. 

Zo zijn de binnenlandse verlopen na jaren van sterke groei in 2018 met 2,8 procent gedaald ten opzichte van een jaar eerder. In de eerste helft van 2019 was zelfs een daling van 12,4 procent zichtbaar. Deze neerwaartse trend zal waarschijnlijk in de tweede helft van 2019 en begin 2020 doorzetten. De voornaamste reden voor deze krimp is het wegvallen van subsidies op elektrische auto’s. 

In tegenstelling tot het verbrandingsmotorensegment blijft de markt voor elektrische auto’s wel groeien. Het segment is goed voor een marktaandeel van 5 procent. De markt groeit wel in een lager tempo: van 62 procent in 2018 tot 50 procent in de eerste helft van 2019.

VS profiteert van betere handelsrelaties met Mexico

De vooruitzichten voor de Amerikaanse automotive sector blijven ‘redelijk’, meldt Atradius. Dit is onder meer te danken aan het afschaffen importheffingen op staal en aluminium uit Mexico en Canada. Een groot deel van de auto’s en onderdelen voor de Amerikaanse markt wordt ten zuiden van de grens wordt geproduceerd.

Desondanks stelt Atradius haar verwachtingen voor de Amerikaanse markt bij. Aanleiding hiervoor zin dreigende importheffingen op voertuigen en auto-onderdelen uit de Europese Unie en/of Japan. Daarnaast wijst Atradius op een dalende vraag op de Amerikaanse markt; zo drukken stijgende prijzen voor nieuwe voertuigen de vraag op de consumentenmarkt. Tegelijkertijd kunnen toekomstige heffingen een grote weerslag hebben op de industrie en leiden tot een toenam van het aantal faillissementen. Een andere uitdaging is de versnelde transitie van traditionele verbrandingsmotoren naar alternatieve brandstoffen en elektrisch rijden, evenals de transitie naar zelfrijdende auto’s. 

‘Hoge investeringen nodig’

“Hoewel de toekomst van mobiliteit zich nog niet duidelijk heeft afgetekend, in de zin van welke technologieën en innovaties uiteindelijk de overhand zullen krijgen, staat één ding als een paal boven water: er zijn hoge investeringen nodig om de veranderende marktomstandigheden bij te benen. Naar schatting zullen de geplande wereldwijde investeringen in het segment van elektrische auto’s de komende vijf tot tien jaar oplopen tot 300 miljard dollar”, schrijft Atradius in haar rapport.

“De productieverhouding tussen verbrandingsmotorvoertuigen en elektrische voertuigen/plug-in hybride auto’s is nu nog 50:1. Toch is de verwachting dat elektrische auto’s in 2025 al ongeveer 15% van de wereldwijde verkoop uit zullen maken”, aldus Atradius. Er melden zich bovendien outsiders op de markt, vele met een technologische voorsprong en veel financiële slagkracht. En dan niet alleen op het gebied van nieuwe technologieën als zelfrijdend vervoer, maar ook op het vlak van e-mobiliteit. De relatief lage complexiteit van elektromotoren (die minder onderdelen nodig hebben dan verbrandingsmotoren) trekt ook bedrijven van buiten aan. Zo bouwt de Britse producent van huishoudartikelen Dyson nu ook elektrische auto’s.”

De Markt Monitor is – na registratie – gratis beschikbaar op de website van Atradius.

Auteur: Wouter Hoeffnagel

Vernieuwde plasticvanger The Ocean Cleanup werkt nu wel goed

Al jaren werkt Boyan Slat aan een systeem om plastic uit de oceanen te halen. De prototypes van The Ocean Cleanup die tot nu toe waren ontwikkeld, bleken in de praktijk niet goed te werken, maar de nieuwste variant, de 001/B laat geen plastic meer los.

The Ocean Cleanup van Boyan Slat is een organisatie die geavanceerde technologieën ontwikkelt om het plastic in de oceanen op te ruimen. De vorige plasticvangers die de zee opgingen, deden echter niet helemaal hun werk. Zo bleef plastic wegdrijven of ging het over de rand van het vangnet heen. In een online persconferentie heeft Slat dinsdag aangekondigd dat het nieuwste prototype, System 001/B, wel met succes plastic vangt en verzamelt. Het vernieuwde systeem werd een jaar lang getest. Het bleek dat het systeem ditmaal de natuurlijke krachten van de oceaan goed gebruikt om het plastic te verzamelen, hetzelfde principe dat Slat toepaste tijdens zijn eerste presentatie in oktober 2012. 

The Ocean Cleanup is sinds juni aan het testen vanaf Vancouver in de Grote Oceaan, de plek waar naar schatting de meeste plastic ligt. Naast dat het systeem duidelijk zichtbare stukken plastic en netten van de commerciele visserij wist te vangen, bleek het ook stukjes microplastics zo klein als 1mm te hebben gegrepen. Een overwinning volgens het team. 

“Nadat we deze missie zeven jaar geleden zijn begonnen, laten deze laatste testen in de genadeloze omgeving van de hoge zeeën zien dat ons doel bereikbaar is en dat pnze missie om de oceaan te ontdoen van plastic afval, dichterbij is dan ooit”, zegt Slat. “Ons team heeft altijd de overtuigging gehad om alle enorme technische uitdagingen te overwinnen om op dit punt te komen. Ondanks dat we nog veel werk te doen hebben, ben ik heel dankbaar voor het doorzettingsvermogen van mijn team en kijk ik uit naar de volgende fase van ontwikkeling.”  

Nieuw design

Het doel van System 001/B was om door middel van aanpassingen het inconsistente snelheidsverschil tussen het systeem en het plastic op te lossen. Die consistentie werd bereikt door het systeem te vertragen door middel van een parachute-anker, waardoor het sneller bewegende plastic afval in het systeem kon drijven. Nadat deze uitdaging was opgelost, werd geconstateerd dat het plastic zich te hoog opstapelde. Vanwege de modulariteit van Systeem 001 / B werd een aanpassing om de grootte van de kurklijn te vergroten ontworpen en geïmplementeerd terwijl het systeem offshore was. Met de nieuwe kurklijn wordt nu minimale overslag waargenomen, waardoor het systeem kunststof kan opvangen en concentreren.

Ondanks het vroege succes van System 001/B is er nog steeds werk aan de winkel. Met de nieuwe bevindingen die zijn opgedaan tijdens het testen van oo1/B, gaat The Ocean Cleanup beginnen aan haar nieuwe opruimsysteem, System 002, een volwaardig opruimsysteem dat het afval langere tijd kan vasthouden. Als het systeem operationeel is, brengt The Ocean Cleanup het plastic aan land om te laten recyclen.
 

Bron: The Ocean Cleanup.

Duits automotive- en defensiebedrijf Rheinmetall doelwit van cyberaanval

Het Duitse automotive- en defensiebedrijf Rheinmetall is getroffen door een malwareinfectie. Door de malwareuitbraak is de productie in fabrieken in Brazilië, Mexico en de Verenigde Staten ernstig verstoord.
Dit maakt het bedrijf bekend in een verklaring op haar website. Het bedrijf verwacht een omzetverlies van 3 tot 4 miljoen euro per week te zullen leiden door het incident. De malware heeft zich volgens het bedrijf vorige week op zijn systemen genesteld. Het is onduidelijk wanneer de problemen zijn opgelost, al vermoedt het automotivebedrijf tenminste twee tot vier weken hinder te ondervinden van het incident. 

Dit maakt het bedrijf bekend in een verklaring op haar website. Het bedrijf verwacht een omzetverlies van 3 tot 4 miljoen euro per week te zullen leiden door het incident. De malware heeft zich volgens het bedrijf vorige week op zijn systemen genesteld. Het is onduidelijk wanneer de problemen zijn opgelost, al vermoedt het automotivebedrijf tenminste twee tot vier weken hinder te ondervinden van het incident. 

Rheinmetall Automotive en Rheinmetall Defence

Rheinmetall Group bestaat uit onder meer Rheinmetall Automotive en Rheinmetall Defence. Rheinmetall Automotive is een fabrikant van automotive onderdelen, waaronder zuigers, motorblokken en emissiebeheersystemen. Rheinmetall Defence richt zich op het leveren van defensie- en beveiligingstechnologie. Het bedrijf beschikt over productielocaties wereldwijd. Naast de locaties in Brazilië, Mexico en de Verenigde Staten lijken andere productielocaties niet te zijn getroffen door het cyberincident, meldt Rheinmetall.

“Normale productieprocessen op deze locaties zijn op dit moment significant verstoord”, meldt Rheinmetall in een verklaring. Peter Ruecker, een woordvoerder van Rheinmetall, voegt in een verklaring tegen persbureau Reuters hieraan toe: “De IT-infrastructuur in de regio is offline gehaald en wordt op dit moment opnieuw opgebouwd.”

Airbus aangevallen

Rheinmetall Automotive is niet het eerste bedrijf dat in de afgelopen maanden door een securityincident is getroffen. Zo werd afgelopen maand bekend dat Airbus is aangevallen via zijn leveranciersketen. Een aantal onderaannemers van Airbus zouden op de korrel zijn genomen, waarna via het Virtual Private Network (VPN) waarmee deze partijen met Airbus communiceren de aanvallers toegang wisten te verkrijgen tot het netwerk van Airbus. Opvallend is dat een VPN juist bedoeld is om een veilige tunnel te creëren over het reguliere internet en veilige communicatie mogelijk te maken. 

Het Canadese defensiebedrijf Defence Construction Canada (DCC), dat in Canada infrastructuurprojecten op het gebied van defensie en veiligheid realiseert, is afgelopen maand getroffen door een cyberaanval. DCC zou op 11 september slachtoffer zijn geworden van een cyberaanval, waarvan de impact naar verluid nog steeds merkbaar is. De organisatie benadrukt dat projecten die het voor het Canadese ministerie van Nationale Veiligheid uitvoert niet worden vertraagd door de aanval. 

Ook BASF, Siemens en Henkel waren doelwit

In juli waren de Duitse bedrijven BASF, Siemens en Henkel doelwit van cyberaanvallen. Het Duitse ARD meldde toen dat bij de aanval gebruik is gemaakt van de malware Winnti, waarmee aanvallers op afstand toegang kunnen krijgen tot systemen. Uit analyse van de broncode van deze malware zou blijken dat een hackersgroep achter de aanval zit die vermoedelijk in opdracht van de Chinese overheid opereert. Ook onder meer het farmaceutische bedrijf Roche, hotelketen Marriot, luchtvaartmaatschappij Lion Air en chemiebedrijven Shin-Etsu en Covestro zouden eveneens door deze groep zijn aangevallen.

Auteur: Wouter Hoeffnagel
Bron: Reuters
Bron: Rheinmetall Group

Fraaie combinatie van park en waterzuiveringsinstallatie

Van de hand van Henning Larsen Architecten komt een waterzuiveringsinstallatie in Solrødgård die niet alleen als zuiveringsinstallatie maar sinds kort ook als openbaar park functioneert. Hier worden bezoekers geïnformeerd over verstandig watergebruik.

De waterzuiveringsinstallatie Solrødgård bedient de stad Hillerød in het noorden van Seeland (Denemarken) en omvat een recyclingcentrum, een afvalwaterzuiveringsinstallatie en kantoren. Het project, met een gevel van glas en Cortenstaal, is ingebed in het landschap en is  bedekt met een groot groen dak met meanderende paden. Het groene dak stelt bezoekers in staat om over de paden te wandelen en door de dakramen te kijken. Zo kunnen bezoekers zien hoe een waterzuiveringsinstallatie werkt. Het idee is dat het publiek meer betrokken raakt bij het waterverbruik van de gemeenschap.

De waterzuiveringsinstallatie is opgesplitst in twee delen door een centraal pad, waardoor ruimte ontstaat voor een kleine kreek. Dit water wordt op natuurlijke wijze gezuiverd met gebladerte, als contrast met het industriële proces in de zuiveringsinstallatie. De twee delen worden verbonden door een stalen brug. Verder zijn er in het park wandelpaden, een uitkijktoren en een rustplaats voor lokale vleermuizen.

Vanaf de paden op het dak heeft de bezoeker uitzicht over de rest van het park. Het centrale pad is echter de plek waar bezoekers echt een idee krijgen hoe de waterkringloop van hun gemeenschap werkt. Het is niet de eerste keer dat in Denemarken een openbare functie wordt gecombineerd met vrijetijdbesteding door het publiek. Het bedrijf BIG (Bjarke Ingels Group) levert met het ‘Amager Resource Center’ binnenkort een energiecentrale op die ook dienst zal gaan doen skihelling.

Het grootste deel van de waterzuiveringsinstallatie Solrødgård werd in 2017 voltooid. Het groene dak en de overige groenvoorzieningen zijn pas recent toegevoegd. Het project maakt deel uit van omvangrijke Solrødgård klimaat- en milieupark.

AI kan MRI-scans sneller en betrouwbaarder maken

AI kan helpen om MRI-scans betrouwbaarder te maken. Dankzij deze technologie kan de scan veel sneller gelezen worden dan met het menselijk oog.

De meeste fouten die gemaakt worden bij MRI-scans zijn nog altijd menselijke fouten. Kunstmatige intelligentie kan hier zomaar verandering in brengen, zo blijkt uit een onderzoek. AI kan scans bovendien veel sneller lezen dan mensen. Het analyseren van een hartfunctie aan de hand van een MRI-scan bijvoorbeeld, kost een menselijke dokter ongeveer dertien minuten. Met AI kan dezelfde scan in maar liefst vier seconden geanalyseerd worden.

“Cardiovasculaire MRI biedt een ongeëvenaarde beeldkwaliteit voor het beoordelen van de structuur en functie van een hart, maar veel handmatige analyses zijn heel standaard en verouderd”, zegt Charlotte Manisty, auteur van het onderzoek. “Geautomatiseerde machine learning technieken bieden de potentie om dit te veranderen en het rendement drastisch te verbeteren. We kijken dan ook uit naar verder onderzoek dat kan onderbouwen dat AI superieur is ten opzichte van menselijke analyses.

Precisie

In het Verenigd Koninkrijk, waar de studie uitgevoerd is, worden ongeveer 150.000 cardiovasculaire MRI-scans per jaar gemaakt. De onderzoekers denken dat het met het gebruik van AI mogelijk is om 54 dagen inzet van artsen te besparen in de gezondheidscentra waar de scans worden gemaakt. Daarnaast kunnen door AI menselijke fouten uit te bannen.

“Ons onderzoek laat zien dat geautomatiseerde technieken minstens net zo goed zijn als mensen en de potentie hebben om nog beter te worden. Dat gaat zorgen voor veel precisie in klinische metingen”, aldus Manisty.

Voor hun onderzoek hebben de wetenschappers een machine learning neuraal netwerk AI geleerd om de MRI-scans van bijna zeshonderd patiënten te lezen. Daarna werd de precisie van de AI vergeleken met die van een expert en trainee van 110 verschillende patiënten uit verschillende centra. Ondanks dat AI veel meer scans analyseerde, was de precisie nagenoeg gelijk.

Bron: Circulation: Cardiovascular Imaging.

Nestlé heeft als eerste voedingsproducent eigen verpakkingsonderzoekinstituut

Nestle heeft onlangs haar eigen verpakkingsinstituut geopend: Institute of Packaging Sciences. Het is voor zover bekend het eerste bedrijf in de voedingsindustrie dat een dusdanig instituut heeft.

Nestlé gaat het onderzoekscentrum gebruik om meer functionele, veilige en milieuvriendelijke verpakkingsoplossingen op de markt te brengen en tegelijkertijd het plastic verpakkingsafval te verminderen. Tijdens de inhuldiging van het instituut op 12 september zei Mark Schneider, CEO van Nestlé: “Onze visie is een wereld waarin geen van onze verpakkingen als afval of op een stortplaats terechtkomt. Om dit te bereiken introduceren we herbruikbare verpakkingsoplossingen en baanbrekende milieuvriendelijke verpakkingsmaterialen. Bovendien ondersteunen we de ontwikkeling van lokale recyclinginfrastructuur en statiegeldsystemen om een afvalvrije wereld te helpen vormen. Het Nestlé Institute of Packaging Sciences stelt ons in staat om een sterke pijplijn van duurzame verpakkingsoplossingen voor Nestlé-producten te creëren voor bedrijven en markten.”

Mileuvriendelijker

Het Nestlé Institute of Packaging Sciences richt zich op een aantal wetenschaps- en technologiegebieden, zoals hervulbare of herbruikbare verpakkingen, vereenvoudigde verpakkingsmaterialen, gerecyclede verpakkingsmaterialen, hoogwaardige afsluitende papieren en biobased, composteerbare en biologisch afbreekbare materialen. Stefan Palzer, CTO van Nestlé: “Het verminderen van plastic afval en het verminderen van de effecten van klimaatverandering door geavanceerde technologie en productontwerpen zijn voor ons een prioriteit. Experts van Nestlé ontwikkelen en testen samen met onze ontwikkelingscentra, leveranciers, onderzoeksinstellingen en start-ups nieuwe milieuvriendelijke verpakkingsmaterialen en -systemen. Gevestigd in onze Nestlé Research-faciliteiten in Lausanne, Zwitserland, maakt het Instituut ook gebruik van onze bestaande onderzoekscapaciteiten op het gebied van voedselveiligheid, analyse en voedselwetenschap.”

Sander Defruyt, New Plastics Economy Lead bij de Ellen MacArthur Foundation, zei over de inhuldiging: “Nestlé was een van de eerste bedrijven die de New Plastics Economy Global Commitment ondertekende en concrete doelen stelde om plastic afval en vervuiling bij de bron te elimineren. Het is geweldig om te zien dat ’s werelds grootste bedrijf voor consumptiegoederen nu zijn onderzoeksfocus en capaciteit vergroot om deze ambities waar te maken.”

Nestlé kwam eerder al met nieuwe verpakkingsoplossingen. Zo ontwikkelde het bedrijf producten in recyclebare papieren verpakkingen zoals het Nesquik All Natural-cacaopoeder en de YES! verantwoorde tussendoortjes in minder dan 12 maanden.
Het instituut maakt deel uit van de fundamentele onderzoeksentiteit Nestlé Research in Zwitserland.

Bron: Nestlé.

FME wil met deeltijd-WW economische crisis in technologische industrie voor zijn

Een economische omslag is in zicht. Dat denkt FME, de vertegenwoordiger van veel bedrijven in de technologische industrie. De werkgeversorganisatie roept de overheid dan ook op om snel een regeling voor deeltijd-WW op te zetten zodat bedrijven beschermd worden tegen een economische dip.

Het is voor het eerst in jaren dat de verwachtingen voor de productie, de omzet en de waarde van orderontvangst in de technologische industrie negatief zijn, zo schrijft FME in haar ‘Versterkingsagenda voor Economie en Industrie’. Het sentiment in de maakindustrie is volgens de organisatie te vergelijken met dat van begin 2013, toen de Nederlandse economie voor de tweede keer in korte tijd in een recessie zat. Uit cijfers van het Europees statistiekbureau Eurostat bleek dat de Europese industrie in het derde kwartaal niet goed van start was gegaan. De industriële productie kromp in juli met 2% in vergelijking met een jaar eerder. In Duitsland wordt momenteel al gevreesd voor een recessie.

Daarom is de roep vanuit FME nu groot om nog voor de nieuwe economische dip maatregelen te nemen en geld vrij te maken om de klappen op te vangen. Het pleit daarin voor een deeltijd-WW. Dit houdt in dat werknemers minder uren gaan werken en werkgevers een vergoeding uit de WW krijgen voor de niet-gewerkte uren. De maatregel voorkomt dat werkgevers veel personeel moet ontslaan. Bovendien krijgen mensen de kans om zich met behoud van uitkering te laten om- en bijscholen. Zo blijft de kennis bij de organisaties in huis en kunnen werkgevers bij economisch herstel weer snel een beroep doen op hun werknemers, aangezien ze nog in dienst zijn. FME hoopt dat de sector zodoende ook tijdens een economische crisis stabiel blijft en zelfs sterker wordt.

Duidelijkheid

In het FD spreekt FME-voorzitter Ineke Dezentjé niet van ‘doemdenken’ maar van een ‘buienalarm’. “Onze bedrijven, die veelal internationaal opereren, hebben onder andere last van een terugloop in de wereldhandel vanwege de tarievenhandel tussen de VS en China. Er zit een rem op de groei.” Zij ziet dat men zich in Den Haag nog niet actief bezig is met maatregelen tegen een nieuwe economische terugslag. De politiek is dan ook geen fan van crisismaatregelen zoals een deeltijd-WW. FME stelt echter dat in 2009 veel bedrijven uit de technologische industrie gebruik hebben gemaakt van de deeltijd-WW, zoals ASML en VDL. Wel benadrukt de organisatie dat duidelijke voorwaarden moeten worden gesteld. “Aan de voorwaarden van de Deeltijd WW-regeling hoeft wat FME betreft niet zoveel gesleuteld te worden. Wel willen we vooraf duidelijkheid over de voorwaarden die gelden als de regeling is geactiveerd en niet iedere drie maanden nieuwe spelregels. Ook willen we niet dat er iedere drie maanden een verlenging moet worden aangevraagd. Daarnaast moet er een opleidingsverplichting zijn en moet het MKB eenvoudig toegang hebben tot de regeling. Tot slot moeten de administratieve lasten, die de oude regeling voor deelnemende werkgevers met zich meebracht, worden verlicht en moet misbruik worden tegengegaan.”

Bron: FME/FD.

6% meer industriële robots geleverd in 2018

422.000 industriële robots zijn in 2018 wereldwijd door fabrikanten geleverd aan klanten. Dit is 6% meer dan een jaar eerder. In totaal werd voor 16,5 miljard dollar aan industriële robots verkocht, wat een record is.

Dit blijkt uit het World Robotics Report van de International Federation of Robotics (IFR). De federatie verwacht dat het aantal verscheepte industriële robots in 2019 iets terugloopt ten opzichte van 2018. Voor de periode 2020 tot 2022 verwacht IFR een gemiddelde groei van 12%. 

Azië is grootste afzetmarkt

Azië is de grootste afzetmarkt voor industriële robots. De Aziatische markt liet in 2018 verschillende ontwikkelingen zien. Zo nam het aantal nieuwe installaties in China en Zuid-Korea af, terwijl Japan juist een aanzienlijk groei liet zien. In totaal werden in Azië 1% meer industriële robots geleverd dan in 2017. 

Europa laat voor het zesde jaar op rij groei zien. Het aantal geleverd industriële robots steeg met 14%, wat het hoogste groeicijfer is in zes jaar tijd. De Amerikaanse markt groeide met 20%; ook deze markt laat het hoogste groeicijfer in zes jaar tijd zien. 

36% van alle nieuwe installaties in China

Opvallend is dat een vijftal afzetmarkten goed is voor maar liefst 74% van het totaal aantal nieuwe industriële robots die in 2018 zijn geïnstalleerd. Het gaat om China, Japan, Zuid-Korea, de Verenigde Staten (VS) en Duitsland. China blijft de grootste afzetmarkt met 36% van alle nieuwe installaties. Dit is 1% minder dan een jaar eerder. Desondanks is het aantal nieuwe robots in China nog altijd groter dan die in Europa en Amerika samen. Robotinstallaties in China hadden in 2018 een waarde van 5,4 miljard dollar, 21% meer dan in 2017.

IFR wijst erop dat Chinese fabrikanten een steeds groter aandeel hebben op de Chinese markt voor industriële robots. 27% van alle verkochte robots in het land was in 2018 van China makelij, terwijl dit in 2017 nog 22% was. Deze verschuiving is in lijn met het beleid van de Chinese overheid om Chinese fabrikanten te promoten. Het aantal installaties door buitenlandse fabrikanten daalde met 7% tot 133.000 stuks, wat vooral toe te schrijven is aan een zwakkere automotive industrie.

Verkoop in Japan met 21% gestegen

De verkoop in Japan groeide met 21% tot ongeveer 55.000 units. De markt laat sinds 2013 een gemiddelde groei van 17% zien, wat IFR opvallend noemt voor een markt waar industriële productie al in hoge mate geautomatiseerd is. Japan is de grootste fabrikant van industriële robots wereldwijd en was in 2018 verantwoordelijk voor 52% van alle geleverde robots.

In de Verenigde Staten steeg het aantal robotinstallaties naar 40.300 stuks, wat een nieuw record is. Het aantal installaties is met 22% gestegen ten opzichte van 2017. De VS stoot hiermee Zuid-Korea van de derde positie. Door in te zetten op automatisering willen Amerikaanse partijen de Amerikaanse industrie versterken tegen zowel buitenlandse als wereldwijde markten. 

Zuid-Koreaanse markt gekrompen

De Zuid-Koreaanse markt is juist met 5% gekrompen; ongeveer 38.000 industriële robots werden in 2018 verkocht. De Zuid-Koreaanse afzetmarkt is in belangrijke mate afhankelijk van de elektronicamarkt, die het in 2018 zwaar had. Desondanks is het aantal installaties sinds 2013 met gemiddeld 12% per jaar gestegen. 

Duitsland is de op-vier-na grootste afzetmarkt voor industriële robots en de grootste in Europa, gevolgd door Italië en Frankrijk. Het aantal verkochte robots steeg in 2018 in Duitsland met 26% tot bijna 27.000 stuks, wat een nieuw record is. Deze groei is vooral te danken aan de automotive industrie, meldt IFR.

Automotive industrie is grootste gebruiker

De automotive industrie blijft de grootste gebruiker van industriële robots; bijna 30% van alle robots wordt in deze sector ingezet. Onder meer de introductie van nieuwe automodellen drijft de vraag naar industriële robots vanuit de sector aan. 

De elektronicasector staat op de tweede plaats en maakte in 2018 een zwaar jaar door. Het aantal geïnstalleerde robots in de elektronicasector nam met 14% af tot 105.000 stuks. De metaalindustrie en machinebouw is goed voor 10% van de vraag en staat hiermee op de derde positie. 

Robotdichtheid

De robotdichtheid – het aantal industriële robots met 10.000 werknemers – is het hoogst in Singapore met 831 robots per 10.000 werknemers. Zuid-Korea volgt op de voet met 774. Duitsland staat met afstand op de derde plaats; in Duitsland zijn 338 industriële robots actief per 10.000 werknemers. De top 5 wordt afgerond door Japan (327) en Zweden (247). Ter vergelijking: in de Verenigde Staten ligt de robotdichtheid op 217 robots per 10.000 werknemers, terwijl deze in China 140 bedraagt.

Nederland staat op de 11de plek met 182 industriële robots per 10.000 werknemers. Hiermee moet ons land een drietal Europese landen voorlaten, waaronder België (188), Italië (200) en Duitsland (338). Het wereldwijde gemiddelde ligt op 99. 

Collaboratieve robots

IFR kijkt in haar World Robotics Report voor het eerst naar collaboratieve industriële robots. Deze robots zijn ontworpen om taken uit te voeren in een werkruimte waar ook mensen aanwezig zijn. Volgens de definitie van IFR moet een collaboratieve robot altijd voldoen aan de eisen aan een industriële robot zoals die in ISO 8372:2012 worden omschreven. 

Ondanks dat collaboratieve robots veel aandacht in de media krijgen, is het aantal geïnstalleerde exemplaren beperkt. Zo is 3,24% van alle industriële robots die in 2018 werd geïnstalleerd een collaboratieve robot. In absolute aantallen komt dit neer op minder dan 14.000 collaboratieve robots op een totaal van 422.000 industriële robots. Het aantal geleverde collaboratieve robots zit echter in de lift; in 2018 zijn 23% meer collaboratieve robots geïnstalleerd dan het jaar daarvoor.

Auteur: Wouter Hoeffnagel
Bron: IFR

Amazon bestelt 100.000 elektrische bestelbussen bij Rivian

E-commercegigant Amazon gaat op grote schaal gebruik maken van elektrische bestelbussen van het bedrijf Rivian. Amazon heeft 100.000 exemplaren van het elektrische voertuig besteld. Amazon spreekt over de grootste bestelling van elektrische voertuigen ooit.

Rivian is een Amerikaanse fabrikant van duurzame voertuigen. Het bedrijf is opgericht in 2009. Het bedrijf heeft twee elektrische auto’s officieel aangekondigd: de elektrische SUV R1S en de elektrische pickup truck R1T. Beide modellen vertonen veel overeenkomst. Zo accelereren de voertuigen beide in drie seconden van 0 naar 60 mijl per uur, omgerekend 97 kilometer per uur. Beide bieden een bereik van meer dan 400 mijl, omgerekend zo’n 644 kilometer.

Tot 750pk

Daarnaast zijn beide voertuigen voorzien van een viertal motoren, die in de wielen zijn verwerkt. Afhankelijk van de configuratie leveren deze motoren een vermogen tot 750pk. De modellen zijn ontworpen voor offroad gebruik, wat onder meer blijkt uit de mogelijkheid door maximaal 90 centimeter water te rijden en de grondspeling van respectievelijk 36,3 cm (R1S) en 37,1 cm (R1T). De R1T heeft een maximaal trekgewicht van bijna 5.000 kilogram, terwijl de R1S maximaal zo’n 3.500 kilogram mag trekken.

Beide voertuigen zijn ongeveer 2 meter breed. De R1S is 5,09 meter lang, terwijl R1T met 5,51 meter net langer is. De wielbasis van de R1S bedraagt 3,07 meter en die van de R1T 3,44 meter.

100.000 elektrische bestelbussen

Naast deze elektrische SUV en pickup truck werkt Rivian dus ook aan een elektrische bestelbus, waarvan Amazon er 100.000 besteld. 
De aankoop is door Dave Clark, senior vice president of operations bij Amazon, aangekondigd op Twitter. De elektrische bestelbus die Amazon bij Rivian heeft besteld is niet officieel aangekondigd. Details over dit voertuig ontbreken helaas dan ook. 

Our fleet is Electrifying! Thrilled to announce the order of 100,000 electric delivery vehicles – the largest order of electric delivery vehicles ever. Look out for the new vans starting in 2021. pic.twitter.com/y5qYpuy2WP

— Dave Clark (@davehclark) September 19, 2019

Prototypes vanaf 2019 op de weg

Naar verwachting worden de eerste exemplaren van de bestelbus in 2021 aan Amazon geleverd, terwijl eind 2022 10.000 exemplaren op de weg moeten rijden. “We zullen volgend jaar al prototypes op de weg hebben rijden, en in 2024 100.000 exemplaren hebben uitgerold”, zei Jeff Bezos, CEO van Amazon, bij de National Press Club in Washington. 

Amazon stelt zichzelf als doel in 2030 zijn volledige wagenpark voor distributie elektrisch te hebben gemaakt. Op dit moment draait ongeveer 40% van het wagenpark van Amazon op duurzame brandstoffen.

Geen impact op productie van R1S en R1T

Ondanks de omvang van de bestelling die Amazon plaatst, meldt woordvoerder Amy Mast van Rivian aan CNBC dat deze order geen impact heeft op de productieplannen voor de R1S en R1T. Beide apparaten moeten zoals gepland eind 2020 op de markt verschijnen. 

Rivian haalde in februari 700 miljoen dollar op tijdens een investeringsronde, die werd geleid door Amazon. Ford Motor Company investeerde in april daarnaast een half miljard dollar in Rivian. Het wereldwijde automotive services bedrijf Cox Automotive stak in september 350 miljoen dollar in het bedrijf.

Auteur: Wouter Hoeffnagel
Bron: Rivian

Opgelet bij agentuurovereenkomst: gevolgen bij opzegging

Producten van uw maakindustrie op de markt brengen met behulp van zelfstandige verkopers, zonder een arbeidsrechtelijke relatie? Het sluiten van een agentuurovereenkomst kan in dat geval een geschikte optie zijn voor uw maakbedrijf.

De agentuurovereenkomst ziet op een duurzame relatie tussen partijen, waarbij de ene partij (handelsagent) zich bindt om voor de andere partij (principaal) producten op de markt te verkopen. Belangrijk is dat bij een agentuurovereenkomst de handelsagent op naam en voor rekening van de principaal overeenkomsten sluit, zonder dat sprake is van een ondergeschiktheidsrelatie tussen partijen.

De wijze van opzegging bij een agentuurovereenkomst hangt af van de duur van de overeenkomst. Indien de overeenkomst voor een onbepaalde tijd is aangegaan en er door partijen geen verdere contractuele afspraken zijn vastgelegd over de wijze van opzegging, geldt in beginsel de wettelijke opzegtermijn. Mochten er wél afspraken zijn gemaakt, dan gelden alsnog wettelijke vereisten waar partijen niet contractueel van kunnen afwijken.

Wanneer een geschil uiteindelijk leidt tot een civiele procedure zal de rechter bij de beoordeling van een rechtsgeldige opzegging ook alle omstandigheden van het specifieke geval meenemen in de beoordeling. Zo kunnen de ‘vagere’ begrippen redelijkheid en billijkheid met zich meebrengen dat er een langere opzegtermijn in acht moet worden genomen, een zwaarwegende grond moet bestaan of dat er recht op schadevergoeding bestaat.

Hoe zit het precies op het moment dat de agentuurovereenkomst rechtsgeldig wordt opgezegd? In dat geval kan de principaal alsnog een vergoeding verschuldigd zijn, namelijk een klantenvergoeding (goodwill) gebaseerd op het voordeel dat de principaal zal halen uit de door de handelsagent binnengehaalde klanten en de door de handelsagent gesloten overeenkomsten. Een dergelijke vergoeding moet na de beëindiging in beginsel binnen maximaal één jaar worden opgeëist en zal niet hoger zijn dan dat van de beloning van één jaar.